Hoe dienen wij smeekbeden te verrichten?

Er zijn een aantal etiquette die wij in acht zouden moeten nemen bij het verrichten van smeekbeden. Deze etiquette die we kunnen gebruiken zijn:

  • Allah lofprijzen
  • Bidden voor de Profeet
  • Handen opheffen
  • Zich tot de qiblah richten
  • Wudu verrichten
  • Bidden met nederigheid en vrees
  • Alleen bij Allah klagen
  • Een gematigde stem
  • Dua verrichten op aanbevolen tijden en plaatsen
  • Het erkennen van onze fouten
  • Vastberaden zijn in wat we vragen
  • Gebruiken van de Namen en Eigenschappen van Allah
  • De smeekbede drie keer herhalen
  • Korte smeekbeden
  • Bij onszelf beginnen
  • Voor alle moslims bidden
  • De smeekbede afsluiten met ‘amin’

 
Door deze manieren in acht te nemen, vergroten we de kans op verhoring van onze smeekbeden. Het is dus belangrijk om bekend te zijn met deze etiquette en het ook te gebruiken bij het verrichten van smeekbeden. Deze etiquette heeft betrekking op handelingen tijdens het verrichten van smeekbeden, aan de voorwaarden moet vooraf voldaan zijn.

En natuurlijk geldt dat smeekbeden ook zonder deze etiquette verhoord kunnen worden. Maar hoe meer je van deze etiquette gebruikt hoe groter de kans dat je smeekbeden verhoord worden. Het is dus beter om deze etiquette te gebruiken.

Allah lofprijzen

Middels smeekbeden vragen wij Allah om Zijn vergeving, Zijn genade en we vragen hem om ons te voorzien, het is dus niet meer dan logisch dat wij onze smeekbeden beginnen met het lofprijzen van Allah op een manier die Hem schikt.

Zo zien we in een overlevering die overgeleverd is door Foedhalah ibn Oebaid, dat de Profeet (vrede zij met hem) eens in de moskee zat toen er een man binnenkwam. Deze man bad twee gebedseenheden en daarna zei hij:

“O Allah, vergeef me en heb genade met mij.”

De Profeet (vrede zij met hem) zei toen tegen hem:

“O dienaar, je was te haastig. Wanneer je het gebed beëindigd hebt en je gaat zitten om Allah te lofprijzen, lofprijs Hem dan op een wijze die Hem schikt en bidt daarna over mij. Verricht daarna je smeekbede.”

Vervolgens was er een andere man die bad, Allah prees en bad over de Profeet (vrede zij met hem). De Profeet (vrede zij met hem) zei tegen hem:

“O dienaar, verricht je smeekbede en het zal verhoord worden.” 1

De man was haastig, omdat hij Allah meteen verzocht om vergeving en genade, zonder Hem te lofprijzen. Overigens betekent dit niet dat Allah onze lofprijzingen nodig heeft, want Hij heeft het zeker niet nodig. Allah heeft niks van ons nodig en dit zal altijd zo blijven, maar Hij gebiedt ons om Hem te lofprijzen, zodat wij onszelf kunnen begunstigen. Wij zouden hier dus gebruik van moeten maken en één van de beste manieren om dit te doen is door gebruik te maken van de schone Namen van Allah. Allah zegt in de Koran:

En aan Allah behoren de Schone Namen, roept Hem daarmee aan. 2

En het beste is het om Allah met Zijn meest verheven Naam aan te roepen. Boeraydah heeft overgeleverd dat de Profeet (vrede zij met hem) een persoon hoorde zeggen:

“O Allah, ik vraag U op basis van mijn getuigenis dat U Allah bent, er is geen god dan U, de Enige, naar wie alle schepselen zich keren voor hulp, Die niet verwekt en niet verwekt is en er is niemand aan Hem gelijk.”

De Profeet (vrede zij met hem) zei hierop:

“Deze persoon heeft Allah aangeroepen met Zijn meest verheven Naam. Als Hij ermee gevraagd wordt, geeft Hij en als Hij ermee gesmeekt wordt, verhoort Hij.” 3

Imam al-Tibi heeft gezegd dat deze hadith laat zien dat Allah een verheven Naam heeft en dat Hij verhoort wanneer Hij met deze Naam aangeroepen wordt. In andere overleveringen wordt er ook gesproken over verheven Namen die niet in deze overlevering staan, maar de Naam ‘Allah’ staat in al deze overleveringen vermeld. Op basis hiervan kan er gesteld worden dat de Naam Allah de meest verheven Naam van Allah is. 4

Verder is de overlevering een bewijs dat we Allah mogen vragen op basis van onze goede daden. Het geloof van iemand is een goede daad en we zien hier dat deze man Allah op basis van zijn geloof aanriep. Hetzelfde zien we terug in een overlevering die ons vertelt over drie mannen die in een grot opgesloten zitten. Zij roepen Allah aan op basis van goede daden die zij in het verleden verricht hebben en vragen Hem om de steen voor de opening van de grot te verwijderen. Allah verwijdert hierop de steen en ze kunnen naar buiten. 5

Bidden voor de Profeet (vrede zij met hem)

Het bewijs hiervoor is te vinden in de uitspraak van de Profeet (vrede zij met hem):

“Iedere smeekbede blijft hangen tot (de persoon) over de Profeet bidt.” 6

“Iedere smeekbede blijft hangen” houdt in dat de smeekbede niet tot Allah opstijgt, totdat er over de Profeet (vrede zij met hem) gebeden wordt. Duidelijke woorden, maar tegelijkertijd kunnen we in dit geval niet van een verplichting spreken, maar van iets wat aangeraden is om te doen. Er zijn namelijk ook tal van overleveringen van de Profeet (vrede zij met hem) en zijn metgezellen te vinden, die geen gebed voor de Profeet (vrede zij met hem) bevatten.

Handen opheffen

Onder de etiquette van het verrichten van dua is het opheffen van de handen. Overigens is dit geen verplichting en er zijn ook situaties waarin de Profeet (vrede zij met hem) zijn handen niet ophief. Het is dus een aanbevolen handeling die altijd verricht kan worden, behalve op bepaalde momenten. Deze momenten zijn: tijdens het vrijdaggebed (behalve wanneer er om regen gesmeekt wordt), tijdens de tawaaf (rondgang om de kaa’ba) en saa’i (tussen Safa en Marwa), tijdens de algemene dagelijkse smeekbeden (voor de ochtend, de avond, bij het binnentreden van het huis en dergelijke) en ook hief hij (vrede zij met hem) zijn handen niet op bij de smeekbeden tijdens en na het gebed.

Zich tot de qiblah richten

De qiblah is de allereerste plaats van aanbidding die op aarde gebouwd is. Hoewel het geen verplichting is voor ons om ons tijdens het verrichten van smeekbeden naar de qiblah te richten, is het wel een gezegende richting om ons naar toe te richten.

In een authentieke overlevering is overgeleverd door Abdoellah ibn Zaid dat de Profeet (vrede zij met hem) zich tot de qiblah richtte toen hij Allah om regen smeekte. 7 Ook is er overgeleverd dat de Profeet (vrede zij met hem) zich tot de qiblah richtte toen hij een dua tegen de Qoeraish uitsprak. 8

Wudu verrichten

Een andere aanbevolen etiquette bij het verrichten van dua is in de staat van wudu zijn. Dit wordt bevestigd door een overlevering van Aboe Moesa al-Ashaari waarin hij vermeld dat de Profeet (vrede zij met hem) na de slag van Hunayn om water vroeg, wudu verrichtte, zijn handen ophief en vergeving vroeg voor Ubayd ibn Amir. 9

Bidden met nederigheid en vrees

Het is zeer belangrijk dat wij als dienaren van Allah onszelf nederig tegenover Hem opstellen. Hij is de Schepper, de Almachtige, is het dus niet gepast dat wij Hem vrezen en ons nederig opstellen tegenover Hem? Allah zegt in de Koran:

Roept jullie Heer aan in nederigheid en (met) zachtheid. Voorwaar, Hij houdt niet van de overtreders. 10

En met deze eigenschappen heeft Allah Profeet Zakariyya en zijn vrouw ook beschreven in de Koran:

Toen verhoorden Wij hem en Wij schonken hem Yahya en Wij maakten zijn vrouw geschikt (om te baren). Voorwaar, zij wedijveren in goede daden en riepen Ons aan, verlangend (naar Onze Genade) en vol ontzag (voor Onze bestraffing). En zij waren nederig tegenover Ons. 11

Alleen bij Allah klagen

Wij zouden ons niet moeten beklagen bij anderen dan Allah. De ware moslim legt al zijn of haar problemen bij Allah en klaagt alleen bij Allah over zijn of haar moeilijke situatie en problemen, zonder hierbij medelijden van anderen te verwachten. Dit was ook de handelwijze van de Profeten. Wanneer zij moeilijke tijden doormaakten, klaagden zij bij Allah, onderwierpen zij zich aan Hem en toonden hun behoefte aan Zijn hulp.

Zo smeekte Profeet Zakariyya Allah om nageslacht toen hij oud werd:

En (gedenkt) Zakariyya, toen hij zijn Heer aanriep: “Mijn Heer, laat mij niet alleen (zonder nageslacht) en U bent de beste van de erfgenamen.” 12

En toen Profeet Ibrahim zijn vrouw en kind achter moest laten midden in de woestijn, zonder hulp en steun, bad hij tot Allah en beschreef hun moeilijke situatie:

Onze Heer! Voorwaar, ik heb mijn kinderen laten wonen in een onbegroeide vallei bij Uw gewijde huis (de Ka’bah). Onze Heer! (Ik liet hen achter) zodat zij de salat zullen onderhouden, laat daarom de harten van de mensen tot hun neigen, en voorzie hen van vruchten. Hopelijk zullen zij dankbaar zijn. 13

Toen Profeet Ayyoub onderworpen werd aan beproevingen, doordat zijn familie en rijkdom van hem weggenomen werden en hij ontzettend ziek werd, huilde hij:

En (gedenkt) Ayyoub toen hij zijn Heer aanriep (en zei:) “Voorwaar, tegenspoed heeft mij getroffen en U bent de Barmhartigste der Barmhartigen.” 14

En toen Profeet Mousa Egypte moest ontvluchten om Firaun te ontvluchten, kwam hij in een eenzame vallei terecht zonder hulp. Hij bad daarop tot Allah:

“Mijn Heer, ik heb behoefte aan het goede dat U tot mij neerzendt.” 15

Profeet Yacoub wist de waarheid niet over zijn meest geliefde zoon en zijn andere zoon Benyamin moest als gevangene achterblijven in Egypte. Het enige wat hij kon doen, was zijn moeilijkheden bij Allah neerleggen, zeggend en huilend:

“Voorwaar, alleen bij Allah klaag ik over mijn ellende en verdriet, en ik weet van Allah wat jullie niet weten.” 16

Het is dus beter voor ons om de voorbeelden van deze grote mannen te volgen en alleen bij Allah te klagen over onze situaties. En dit is ook logisch, immers: wie kan ons anders helpen dan Allah? Niemand dan Allah kan ons bevoordelen of benadelen, ieder ander is even hulpeloos en behoeftig als ons. Wij zijn allen afhankelijk van Allah. Wat heeft het dan voor nut om ons bij anderen dan Allah te beklagen?

Een gematigde stem

Wij zouden onze smeekbeden zachtjes moeten verrichten, zodat anderen ons niet kunnen horen. De beste wijze om smeekbeden te verrichten is met een gematigde stem. Allah zegt in de Koran:

Roept jullie Heer aan in nederigheid en (met) zachtheid. Voorwaar, Hij houdt niet van de overtreders. 17

Dit is de reden waarom Allah Zakariyya prijst in de Koran:

(Gedenkt) toen hij zachtjes zijn smeekbeden tot zijn Heer richtte. 18

Ook de Profeet (vrede zij met hem) droeg zijn metgezellen op om met een zachte stem smeekbeden te verrichten toen zij eens aan het reizen waren en luid Allah gedachten. De Profeet (vrede zij met hem) zei toen dat zij Allah zachtjes moesten aanroepen. Immers, Allah is de Alhorende. 19

Sheikh ibn Taymiyyah heeft enkele voordelen opgesomd:

  1. Het is een teken van een sterk imaan, omdat we laten zien dat we standvastig geloven dat Allah de Alhorende is en dat Hij zelfs de zachtste gebeden en onze gedachten kan horen.
  2. Het is een teken van respect en het toont onze manieren tegenover Allah, het is immers niet gepast om onze stemmen te verheffen tegenover Hem, de Allerhoogste.
  3. Het toont nederigheid en dat is een belangrijk onderdeel in de aanbidding van Allah. Degene die zich nederig opstelt, vraagt niet, behalve met zachtheid. Het zacht uitspreken van dua helpt dus nederigheid te bereiken.
  4. Het laat de oprechtheid van een persoon zien, want anderen dan Allah kunnen onze smeekbeden niet waarnemen.
  5. Het helpt het hart concentreren op de dua, aangezien het luid reciteren van de smeekbeden ons van onze gedachten afleidt. Een smeekbede zacht uitspreken helpt ons dus om onze gedachten erbij te houden.
  6. Het toont de nabijheid die we voelen tegenover onze Schepper en het versterkt onze relatie met Allah, want de gelovige realiseert zich dat Allah dichterbij is dan wie of wat dan ook.
  7. Het helpt ons om vol te houden met smeekbeden, omdat het zacht uitspreken van dua beter vol te houden is voor ons lichamelijk. Het put een persoon niet uit, in tegenstelling tot degene die smeekbeden hardop uitspreekt en daarbij de stem verheft.
  8. Anderen zullen niet afgeleid worden.
  9. Het beschermt ons tegen afgunst en jaloezie van mens en djinn. Veel mensen worden jaloers wanneer iemand zich tot Allah keert en Hem gedenkt. Daarom is het beter om ons in stilte tot Allah te wenden. 20

Dua verrichten op aanbevolen tijden of plaatsen

Allah en Zijn Profeet (vrede zij met hem) hebben ons bepaalde tijden en plaatsen bekend gemaakt waarbij er een grotere kans bestaat dat onze smeekbeden verhoord worden. Zo is de diepte van de nacht een beter moment om smeekbeden te verrichten dan overdag, want Allah heeft gezegd:

“Wie zal Mij aanroepen, zodat Ik hem kan beantwoorden? Wie zal van Mij vragen, zodat Ik hem kan geven? Wie zal Mijn vergeving zoeken, zodat Ik hem kan vergeven?” 21

Voor een overzicht van deze tijden en plaatsen, verwijzen wij je naar het artikel ‘Tijden en plaatsen waar dua verhoord worden’.

Het erkennen van onze fouten

Tot de etiquette van dua behoort ook dat we onze fouten en zonden erkennen en bevestigen tegenover Allah. Door onze fouten en zonden te erkennen en te bevestigen, worden onze smeekbeden oprechter. We beseffen ons onze fouten en onze zonden en tegenover Wie wij deze begaan. Hiermee komt eveneens het besef dat Allah de Enige is Die vergeeft.

Aboe Hoerayrah heeft gezegd dat de beste dua als volgt is:

“O Allah, U bent mijn Heer en ik ben Uw dienaar. Ik heb mezelf onrecht aangedaan en ik erken mijn zonden. O mijn Heer, vergeef me mijn zonden, want U en alleen U bent mijn Heer en niemand kan zonden vergeven, behalve U.” 22

De Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd:

“Waarlijk, Allah houdt van de dienaar die zegt: “Niemand heeft het recht aanbeden te worden, behalve U. Ik heb mezelf onrecht aangedaan, vergeef me dus mijn zonden, want niemand vergeeft zonden, behalve U.” Allah zegt dan: “Mijn dienaar erkent dat hij een Heer heeft Die vergeeft en bestraft.” 23

Vastberaden zijn in wat we vragen

Wat ook tot de etiquette van het verrichten van smeekbeden behoort, is het vastberaden zijn in de smeekbeden. We moeten zeker zijn over hetgeen wat we Allah vragen. We zouden niet moeten vragen:

“O Allah, vergeef me als U dat wilt (insha’Allah).”

De Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd:

“Wanneer iemand van jullie een smeekbede verricht, laat hem dan vastberaden en besluitend zijn in zijn smeekbede, en laat hem niet zeggen: “O Allah, vergeef me als U wilt,” want er is niemand die Allah kan dwingen tot iets.” 24

Wij zijn behoeftig aan Allah Zijn hulp en leiding en daarom zouden we vastberaden moeten zijn. Maar wanneer we om iets vragen waarbij we niet weten of het goed is voor ons of niet, dan kunnen we wel zeggen:

“O Allah, als u weet dat het goed voor me is, begunstig mij er dan mee…”

Hetgeen wat we zouden moeten vermijden, is het gebruiken van ‘insha’Allah’ bij zaken die we nodig hebben, zoals de vergeving van Allah, Zijn Genade, Zijn gunsten en dergelijke. Om zulke zaken dienen we te vragen zonder twijfel, vastberaden.

Het gebruiken van de Namen en Eigenschappen van Allah

Aan Allah behoren alle schone Namen en Eigenschappen toe. De Namen en Eigenschappen die aan ons bekend zijn gemaakt door Allah en Zijn Profeet (vrede zij met hem) stellen ons in staat om de grootsheid van Allah te leren kennen en daarmee zal onze liefde voor Allah enkel toenemen. Het beste is dan ook om deze Namen en Eigenschappen te gebruiken tijdens het maken van dua. Wanneer we vragen om vergeving, moeten we ons realiseren dat Allah Degene is Die alles vergeeft, de Genadevolle. En wanneer iemand bijvoorbeeld vraagt om voorzieningen, dan zou men de Naam Ar-Razaaq (Degene Die voorziet) moeten gebruiken. Wat iemand ook vraagt aan Allah, er is altijd een Naam of Eigenschap die hier betrekking op heeft.

De smeekbede drie keer herhalen

Dit is een aangeraden etiquette bij het verrichten van dua. Het laat het belang zien van hetgeen waar we om vragen. We kunnen in vele ahadith zien dat dit tot de gewoonten van de Profeet (vrede zij met hem) behoorde en het ook opdroeg aan zijn metgezellen. In één van deze ahadith zien we dat de Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd:

“Wanneer iemand drie keer om het Paradijs vraagt, zal het Paradijs zeggen: “O Allah, laat hem tot het Paradijs toetreden.” En wanneer iemand drie keer bescherming zoekt tegen het Hellevuur, zal het Hellevuur zeggen: “O Allah, redt hem van het Hellevuur.” 25

Korte smeekbeden

Het behoorde tot de gewoonten van de Profeet (vrede zij met hem) om met korte maar krachtige smeekbeden te komen, waarin hij vroeg om gunsten en bescherming tegen het slechte. Hij gaf het beste voorbeeld door met korte en krachtige smeekbeden te komen, waarin hij vroeg om het goede in deze wereld en in het hiernamaals en waarin hij bescherming zocht tegen het slechte. Hij deed dit op zodanige wijze dat wanneer de mensen hem hoorden, zij de smeekbede makkelijk konden onthouden, begrijpen en zelf konden reciteren. Zo zei de Profeet (vrede zij met hem) eens:

“O Allah, ik zoek Uw bescherming tegen het slechte wat ik heb begaan en tegen het slechte wat ik niet heb begaan.” 26

Aishah heeft overgeleverd dat de Profeet (vrede zij met hem) van de korte smeekbeden hield en dat hij andere soorten smeekbeden achterwege liet. 27

Bij onszelf beginnen

Het is beter voor ons om onze smeekbeden eerst met onszelf te beginnen. Eén van de redenen hiervoor is dat iemand het beste voor zichzelf zou moeten wensen. Het is dus niet verstandig om voor anderen te bidden en daarbij onszelf te vergeten. Daarbij vergroot het onze oprechtheid in onze smeekbeden. de mens is zwak geschapen en wanneer we alleen voor anderen in onze smeekbeden vragen, kan het zijn dat onze smeekbeden minder oprecht zijn, dan wanneer we voor onszelf smeekbeden verrichten en voor onze broeders en zusters. Deze etiquette is ook terug te vinden in verscheidene verzen in de Koran. Allah zegt:

Hij (Moesa) zei: “Mijn Heer, vergeef mij en mijn broeder en doe ons Uw Barmhartigheid binnengaan. En U bent de Barmhartigste der erbarmers.” 28

“Mijn Heer, vergeef mij een mijn ouders en de gelovigen op de Dag waarop de afrekening plaatsvindt.” 29

En de etiquette is ook gebruikt door de Profeet (vrede zij met hem). Ubay ibn Ka’b heeft overgeleverd dat wanneer de Profeet (vrede zij met hem) aan iemand dacht en voor hem bad, dat hij eerst begon met zichzelf. 30

Maar het kwam ook voor dat hij (vrede zij met hem) niet eerst voor zichzelf bad. Zo verrichtte hij eens een smeekbede voor Ibn Abbaas:

“O Allah, zegen hem met begrip van de religie.” 31

Het is dus ook toegestaan om smeekbeden niet met onszelf te beginnen. Maar over het algemeen is het aangeraden om dit wel te doen.

Voor alle moslims bidden

Om ons geloof compleet te maken, dienen wij voor onze broeders en zusters te wensen wat wij voor onszelf wensen. Wij zouden dus ook voor hen moeten wensen dat zij naar de waarheid geleidt worden en dat hun zonden vergeven worden, zoals wij dit ook voor onszelf wensen. De Profeet (vrede zij met hem) werd dit ook opgedragen in de Koran:

Weet dat er geen god is dan Allah en vraag om vergeving voor jouw zonden en voor de gelovige mannen en de gelovige vrouwen. 32

En dat was ook de wijze waarop Profeet Noeh tot Allah bad:

“Mijn Heer, vergeef mij en mijn ouders en wie mijn huis binnentreedt als gelovige, en de gelovige mannen en de gelovige vrouwen.” 33

De smeekbede afsluiten met ‘amin’

Wanneer we luisteren naar een smeekbede van een ander, is het aangeraden om na de smeekbede ‘amin’ te zeggen. ‘Amin’ betekent ‘O Allah, verhoor deze smeekbede.’ Het doel van deze smeekbede is het vergroten van de kans op verhoring van de smeekbede. Het is alsof de smeekbede keer op keer herhaald wordt, alleen wordt het niet opnieuw gezegd. De smeekbede wordt samengevat in één kort woord ‘amin’.

Er bestaat een meningsverschil over of iemand ook na de eigen smeekbede ‘amin’ mag zeggen of dat dit niet mag. De meest correcte uitspraak hierin is dat dit wel toegestaan is, omdat er geen verschil gemaakt wordt tussen iemand die luistert naar andermans dua of de eigen dua. 34

Bij het uitspreken van ‘amin’ worden er vaak enkele fouten gemaakt. Deze zijn:

  1. De alif (a) wordt te lang vastgehouden, waardoor het uitgesproken wordt als ‘aaaaaaamin’. De alif dient niet langer dan twee tellen vastgehouden te worden (twee harakas).
  2. In andere gevallen wordt de alif te kort vastgehouden, waardoor het uitgesproken wordt als ‘àmin’. De alif dient twee tellen vastgehouden te worden (twee harakas), niet langer of korter.
  3. De nadruk wordt gelegd op de miem (m), waardoor het uitgesproken wordt als ‘ammin’. Ook dit is onjuist, want er staat in het Arabisch geen shaddah op de miem en de miem wordt dus niet ‘dubbel’ uitgesproken.

Wat wel toegestaan is om te doen, is het laatste deel te verlengen. Het is dus wel toegestaan om te zeggen ‘aamiiiiin’. Dit laatste gedeelte mag twee tot zes tellen vastgehouden worden (twee tot zes harakas).

 ________________________________

1: At-Thirmidhi en An-Nasaa’i
2: Soerah Al-A’raaf 7:180
3: At-Thirmidhi en Aboe Dawoed
4: Tuhfat al-Ahwadhi, 9/446
5: Boekhaarie en Moesliem
6: An-Nasaa’i en Ibn Hibban
7: Boekhaarie
8: Boekhaarie
9: Boekhaarie en Moesliem
10: Soerah Al-A’raaf 7:55
11: Soerah Al-Anbiya 21:90
12: Soerah Al-Anbiya 21:89
13: Soerah Ibrahim 14:37
14: Soerah Al-Anbiya 21:83
15: Soerah Al-Qasas 28:20
16: Soerah Yusuf 12:86
17: Soerah Al-A’raaf 7:55
18: Soerah Maryam 19:3
19: Boekhaarie
20: Majmu al-fatawa, deel 15, pagina 14-20
21: Boekhaarie
22: Ahmad
23: Ahmad, Aboe Dawoed en At-Thirmidhi
24: Moeslim
25: At-Thirmidhi, An-Nasaa’i en Al-Haakim
26: Moeslim, Aboe Dawoed en An-Nasaa’i
27: Aboe Dawoed, Ahmad, Ibn Habban en anderen
28: Soerah Al-A’raaf 7:151
29: Soerah Ibrahim 14:41, woorden van Profeet Ibrahim
30: Aboe Dawoed, An-Nasaa’i, At-Thirmidhi en anderen
31: Boekhaarie, Moeslim en anderen
32: Soerah Muhammed 47:19
33: Soerah Noeh 71:28
34: Abu Zayd, pagina 206